Pensioenplanning voor de DGA steeds belangrijker
15 maart 2018Ondanks het feit, of juist vanwege het feit, dat de Wet uitfasering Pensioen in eigen beheer in werking is getreden, wordt financiële planning voor de DGA steeds belangrijker. Deze financiële planning is een nieuwe dienst van Pensioen Perspectief waaraan in de Periodiek regelmatig aandacht besteed zal gaan worden. Deze bijdrage behandelt kort de verschillen tussen de pensioenverplichting in eigen beheer (PEB) en de oudedagsverplichting (ODV) en het belang van financiële planning.
PEB
De keuze kan gemaakt zijn om het PEB in stand te laten en geen gebruik te maken van het overgangsrecht. Blijft het PEB is stand dan zijn een aantal zaken van belang.
Ten eerste zal de BV op pensioendatum voldoende middelen beschikbaar moeten hebben om de opgebouwde premievrije aanspraken vanaf ingangsdatum levenslang te kunnen uitkeren. Dit vergt derhalve planning om op pensioendatum het vereiste doelvermogen aanwezig te hebben. Hierbij kan niet alleen maar uitgegaan worden van het fiscale doelvermogen, maar zal tevens het commerciële doelvermogen in ogenschouw moeten worden genomen. Is er een premievrij nabestaandenpensioen uit te keren vanaf overlijden, check dan periodiek of de BV het risico van vooroverlijden voldoende heeft afgedekt. Ofwel uit eigen middelen of wel middels een risico-overlijdensverzekering.
Ten tweede kan qua planning gedacht worden aan de flexibiliseringsmogelijkheden die het PEB biedt. Te denken valt aan:
- Het vervroegen van het pensioen binnen de fiscale mogelijkheden;
- Het uitstellen van pensioen indien gewenst tot uiterlijk 5 jaar na AOW-gerechtigde leeftijd (doorwerkvereiste is vervallen!);
- Hoog/Laag uitkering van pensioen. Een aantal jaren Hoog, gevolgd door levenslang Laag;
- Uitruil van OP in NP danwel NP in OP.
Voldoende mogelijkheden dus voor het bewust bezig zijn met het PEB waarbij eventueel elders opgebouwde pensioenen (uit bijvoorbeeld loondienstverbanden) uiteraard ook meegenomen moeten worden.
ODV
Ten opzichte van de in het PEB opgebouwde premievrije aanspraken, zijn de tzt te ontvangen ODV termijnen een stuk lager. Grofweg kan gesteld worden dat de ODV uitkering ongeveer 35-40% lager zal uitvallen dan de omgezette premievrije pensioenaanspraken. Daarnaast is de ODV een stuk minder flexibel. Alle hierboven genoemde flexibiliseringsmogelijkheden zijn bij een ODV niet van toepassing. De ODV kent eigenlijk bij afwikkeling in eigen beheer slechts 2 smaken:
- Reguliere afwikkeling waarbij de ODV termijnen gaan lopen vanaf AOW-gerechtigde leeftijd voor een periode van 20 jaar;
- Afwijkende afwikkeling waarbij de ODV termijnen op zijn vroegst 5 jaar voor AOW-gerechtigde leeftijd mogen ingaan. De jaren dat de ODV wordt vervroegd worden bij de uitkeringsperiode opgeteld. Dus bij maximale vervroeging van 5 jaar een uitkeringstermijn van 25 jaar.
De ODV kan worden afgestort in een lijfrente. Dit zou op AOW-datum een mogelijkheid zijn om wel wat flexibiliteit te kunnen bereiken. Bij een lijfrente kan bijvoorbeeld wel een tijdelijk uitkering worden aangekocht.
CONCLUSIE
Is omgezet in een ODV? Dan is de inkomenspositie vanaf pensioendatum/AOW-datum drastisch veranderd. Kortom, een zorgvuldige financiële planning is noodzakelijk!
Voor de praktijk
Wilt u eens de pensioenpositie (van uw DGA) in kaart gebracht hebben? Wij helpen u graag. Zie ook ons aanbod in het kader van financiële planning voor de DGA.