Collectieve waardeoverdracht

Het komt geregeld voor dat er na verloop van tijd van pensioenuitvoerder wordt gewisseld. Maar wat gebeurt er dan met het pensioen dat is opgebouwd bij de oude pensioenuitvoerder? Overdracht naar de nieuwe pensioenuitvoerder kán interessant zijn. Maar let wel op! Dat doet de AFM inmiddels ook.

Introductie

Het contract (de uitvoeringsovereenkomst) tussen de werkgever en de pensioenuitvoerder geldt vaak voor een bepaalde termijn. Bijvoorbeeld voor 1, 3 of 5 jaar. Na afloop van die contractsperiode kan de pensioenregeling óf bij dezelfde óf bij een andere pensioenuitvoerder worden ondergebracht.

Wordt er van pensioenuitvoerder gewisseld? Dan kán het zinvol zijn om het opgebouwde pensioen collectief (dus voor alle werknemers) over te dragen.  Bijvoorbeeld omdat de nieuwe uitvoerder lagere (beheer)kosten of gunstigere voorwaarden hanteert. Een collectie waardeoverdracht kán dus (heel) interessant zijn. De (on)mogelijkheden moeten altijd worden onderzocht als er van pensioenuitvoerder wordt gewisseld.

Informatie aan de deelnemer

Een collectieve waardeoverdracht vindt plaats op verzoek van de werkgever. De pensioenresultaten voor de deelnemers zullen door een collectieve waardeoverdracht afwijken. Die afwijking kan positief, maar ook negatief zijn. Daarom heeft een individuele werknemer het recht om bezwaar te maken.  In dat geval gaat diens pensioen niet mee in de collectieve waardeoverdracht. Dat betekent dat de werknemers zorgvuldig geïnformeerd moeten worden. De AFM (Autoriteit Financiële Markten) heeft daartoe een zogenaamde leidraad uitgebracht. Voor nu volstaan wij met de conclusie dat de informatieverstrekking aan de werknemer zeer uitgebreid moet zijn. We lichten er een praktisch aspect voor u uit.

Informatie in de praktijk

Collectieve waardeoverdrachten zijn vaak aan de orde als er gewisseld wordt van pensioenuitvoerder en er sprake is van een DC regeling (beschikbare premieregeling). Bijvoorbeeld omdat de nieuwe pensioenuitvoerder lagere (beheer)kosten en gunstigere voorwaarden hanteert. Dat is gunstig voor de werknemers en dus lijkt een beperkte informatieverstrekking voldoende. Maar dat is niet het geval:

• De informatie moet uitgebreid zijn: Inzicht moet worden gegeven in het verschil tussen het opgebouwde en te bereiken pensioenkapitaal, idem v.w.b. de verwachte pensioenuitkering en  rekening houdend met verschillende scenario’s;

• De rekengrondslagen van de oude en nieuwe uitvoerder verschillen: Ongelijke rekengrondslagen leiden tot onvergelijkbare uitkomsten en geven een verkeerd beeld van de gevolgen van een collectieve waardeoverdracht.

Tips voor werkgevers en HR

• Onderzoek bij elke wisseling van pensioenuitvoerder of een collectieve waardeoverdracht zinvol is;
• Stem zorgvuldig af welke informatie verstrekt wordt en zorg dat die door de beide uitvoerders identiek berekend wordt. Of laat uw adviseur de berekeningen opstellen;
• Collectieve waardeoverdracht is specialistenwerk, dus raadpleeg altijd een deskundige.

Invaren?

De collectieve waardeoverdracht bij wisseling van pensioenuitvoerder moet niet verward worden met “invaren”. Invaren heeft te maken met de overstap naar het nieuwe pensioenstelsel als gevolg van het pensioenakkoord. Bij die overstap is het uitgangspunt dat ook het opgebouwde pensioen in dat nieuwe pensioenstelsel wordt “ingevaren”. Meer over invaren leest u op de pagina kernbegrippen op onze website.